Kennisbank thema de vrachtbrief

In Nederland en de Benelux

home  /  thema vrachtbrief   elektronische vrachtbrief / wetgeving in het kort / in nederland-benelux
Overzicht van relevante wetgeving in Nederland en Benelux

In Nederlandzijn er meerdere wetsbepalingen relevant voor de elektronische vrachtbrief. 

  • In de Wet wegvervoer goederen staan specifieke bepalingen over de elektronische vrachtbrief

  • In het Burgerlijk Wetboek staan algemene bepalingen over de elektronische handtekening 

  • In het Wetboek van Rechtsvordering staan regels over de elektronische onderhandse akte

De Wet wegvervoer goederen stelt het gebruik van een vrachtbrief verplicht. Deze vrachtbrief mag naar keuze op papier of elektronisch zijn.

In Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek inzake vervoerrecht staat dat de afspraken uit de vervoerovereenkomst moeten worden vastgelegd in een vrachtbrief. Een ondertekende vrachtbrief is gelijk een onderhandse akte. Er zijn in Boek 8 geen specifieke bepalingen over de elektronische vrachtbrief, omdat er algemene wetgeving geldt voor alle onderhandse aktes in het Wetboek van Rechtsvordering. De elektronische handtekening, die op een elektronische vrachtbrief gezet wordt, is geregeld in Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.

In de Benelux Unie geldt een (tijdelijke) Beschikking inzake de elektronische vrachtbrief voor het transport tussen de drie landen van de Benelux (België, Nederland en Luxemburg). Deze Beschikking sorteert voor op de eFTI Verordening van de EU (Vo 2020/1056), waarin bepaald wordt dat vanaf 21 augustus 2024 overheidsinstanties in alle EU-lidstaten verplicht zijn om elektronische vervoersdocumenten te accepteren.

In Nederland

De vrachtbrief heeft een privaatrechtelijke functie en een publiekrechtelijke functie.

  • Publiekrechtelijk: De vrachtbrief uit de vervoerovereenkomst is tevens onderdeel van de verplichtingen voor beroepsvervoerders zoals die staan opgesomd in de Wet wegvervoer goederen. 

  • Privaatrechtelijk: In Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek wordt de vrachtbrief genoemd als onderdeel van de overeenkomst van goederenvervoer over de weg.

De Wet wegvervoer goederen bevat regels om de markt van goederenvervoer over de weg te ordenen. De wet bepaalt in artikel 2.13 dat bij elk goederenvervoer door een professionele vervoerder (dus niet bij eigen vervoer) een vrachtbrief opgemaakt moet worden. Niet nakoming van deze verplichting kan beboet worden. 

Bij ministeriële regeling op basis van deze wet  is bepaald, dat de vrachtbriefgegevens gestructureerd en genormeerd via een elektronisch systeem [mogen] worden uitgewisseld (artikel 15 lid 3 van de Regeling wegvervoer goederen). Met deze ingewikkelde formulering wordt bedoeld, dat in plaats van een papieren vrachtbrief er tevens een elektronische vrachtbrief mag worden opgemaakt. Bij staande houding door politie of inspectie moet de vervoerder de vrachtbrief kunnen tonen op een scherm van een mobiel apparaat.

Artikel 8:1119 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat voor het vervoer een vrachtbrief opgemaakt kan worden om afspraken uit de vervoerovereenkomst vast te leggen en om de overdracht van de goederen (eerst van afzender aan vervoerder, uiteindelijk van vervoerder aan ontvanger) door een handtekening te bekrachtigen. Er staat niet bij, of de vrachtbrief elektronisch opgemaakt mag worden. De totstandkoming van de vervoerovereenkomst en de vrachtbrief is vormvrij, dat wil zeggen dat de vervoerovereenkomst en de vrachtbrief mondeling, schriftelijk of elektronisch mag worden vastgelegd. Voor elektronische vastlegging gelden de algemene wetsbepalingen rond elektronisch contracteren respectievelijk elektronische onderhandse aktes.

Ook de regels voor de elektronische handtekening zijn niet specifiek voor de vrachtbrief. De algemene regels artikel 15a van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek zijn van toepassing.

Conclusie

De vrachtbrief is een document, waarvoor privaatrechtelijke en publiekrechtelijke regels gelden. Volgens beide sets van regels mag de vrachtbrief elektronisch worden opgemaakt.

Benelux Beschikking

België is nog niet toegetreden tot het eCMR protocol. Men heeft ervoor gekozen om eerst een proeftraject te volgen voor het gebruik van de elektronische vrachtbrief. In de Benelux Unie is een beschikking goedgekeurd, waarin de elektronische vrachtbrief toegestaan wordt voor vervoer intra-benelux. Alleen vrachtbrieven gemaakt met erkende eCMR software zijn toegestaan. De erkenning wordt gegeven in Nederland door Niwo, in België door de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en in Luxemburg door Le Ministère du Développement Durable et des Infrastructures. De beschikking geldt voorlopig voor tot 1 december 2025.

Conclusie

In België is alleen voor vervoer tussen België, Nederland en Luxemburg de elektronische vrachtbrief toegestaan, mits deze vrachtbrief is gemaakt met erkende eCMR software.