Kennisbank thema Verzekeringen

3. Schade aan de lading: wie betaalt de rekening?

home  / Verzekeringen / praktijkboek over verzekeringen in de logistiek / 3. Schade aan de lading: wie betaalt de rekening?

Als er tijdens het vervoer schade ontstaat aan de goederen, is de vervoerder daar in beginsel aansprakelijk voor. De aansprakelijkheid van de vervoerder is beperkt tot een maximum- bedrag per kilo, behalve bij opzet. In dat geval is de vervoerder onbeperkt aansprakelijk. Vooral bij een kostbare lading moet de afzender rekening houden met schade voor eigen risico.

Aansprakelijkheid in de vervoerovereenkomst

Onder de vervoerovereenkomst is de vervoerder aansprakelijk voor verlies en beschadiging van de goederen tijdens het transport. Ook is hij aansprakelijk voor vertraging. Als in de vervoerovereenkomst is afgesproken dat de vervoerder zal laden en/of lossen, is hij bovendien aansprakelijk voor schade die daardoor eventueel ontstaat. Om precies te zijn: de vervoerder is aansprakelijk vanaf het moment van inontvangstneming van de goederen tot het moment van aflevering aan de geadresseerde.

Een verstandig afzender sluit een goederenverzekering af! Door een goederentransportverzekering af te sluiten voorkomt de afzender, dat hij lang moet wachten op zijn geld. De goederentransportverzekeraar besluit om eventueel namens de afzender te claimen bij de vervoerder of diens verzekeraar. Zonder goederenverzekering zou de afzender het risico lopen in de gevallen dat de vervoerder niet aansprakelijk is of dat de vervoerder geen verhaal biedt.

De goederentransportverzekering dient in ieder geval dekking te geven voor de volgende situaties:

1. Als de waarde van de goederen boven de CMR -limiet of AVC-limiet ligt. De hoogte van deze limieten is:

  • bij internationaal transport: SDR8,33 (circa €9,50) per kilo

  • bij binnenlands transport: € 3,40 per kilo.

2. Als de vervoerder niet aansprakelijk is vanwege een beroep op:

  • overmacht

  • bijzondere risico’s (zie 2.1)

  • laden of lossen door de afzender

  • onjuiste informatie van de afzender

3. Als de vervoerder geen verhaal biedt:

  • door faillissement 

  • omdat hij niet verzekerd is

3.1 Geen aansprakelijkheid bij bijzondere risico’s

De vervoerder is niet aansprakelijk bij bijzondere risico’s, zoals:

  • overmacht

  • schuld van de afzender of geadresseerde

  • schade die verband houdt met een opdracht van de afzender of geadresseerde

  • een gebrek van de goederen zelf. (Een gebrek van de goederen zelf is bijvoorbeeld aardbeien waar de rot al in zat)

Ook is de vervoerder niet aansprakelijk voor schade ontstaan door bijzondere risico’s, zoals die zijn vermeld in de wet, namelijk:

  • vervoer in een onoverdekt voertuig, als dat is afgesproken

  • geen of slechte verpakking

  • schade door laden, stuwen of lossen, als deze handelingen niet voor rekening van de vervoerder komen

  • de aard van de zaken zelf

  • weersomstandigheden, als er geen voertuig met klimaat-beheersing is afgesproken

  • onvolledigheid van de adressering of codering van de colli

  • vervoer van een levend dier.

Het begrip ‘overmacht’

Met ‘overmacht’ wordt bedoeld dat de schade is ontstaan door omstandigheden, die de vervoerder niet heeft kunnen vermijden en waarvan hij de gevolgen niet heeft kunnen verhinderen. Bijvoorbeeld een vervoerder brengt een lading van 24 ton vlees van Nederland naar Letland. Onderweg wordt zijn wagen aangereden door een

Wit-Rus, die niet verzekerd is. De hele lading wordt hierdoor onbruikbaar. De vervoerder beroept zich (terecht) op overmacht en hoeft de schade aan de ladingbelanghebbende (de afzender of geadresseerde) niet te vergoeden.

In Nederland zal de rechter niet snel vaststellen dat er sprake is van overmacht. ...en professionele vervoerder moet over sterke papieren beschikken om de rechter ervan te overtuigen dat hij alle maatregelen genomen heeft om de schade of het verlies te voorkomen.


3.2 Beperkte en onbeperkte aansprakelijkheid (limiet)

Beperkte aansprakelijkheid

De vervoerder is beperkt aansprakelijk voor schade aan of verlies van de vervoerde zaken en voor vertragingsschade. Ook als de schade is veroorzaakt door een ondergeschikte of door ingehuurde krachten, is de vervoerder aansprakelijk.

Voor andere schade, zoals gevolgschade, bedrijfsstilstand of immateriële schade, is de vervoerder niet aansprakelijk, behalve als er sprake is van opzet (2).

Onbeperkte aansprakelijkheid

Als opzet is bewezen, is de vervoerder onbeperkt aansprakelijk voor de directe schade aan de goederen, maar ook voor de gevolgschade van de afzender en de geadresseerde.

Het maakt wel verschil of er sprake is van internationaal (CMR-)vervoer of binnenlands vervoer, als de opzet is toe te schrijven aan ondergeschikten of hulppersonen.

Internationaal vervoer: de CMR-limiet wordt doorbroken in geval van opzet door de vervoerder zelf of van diens ondergeschikten of hulppersonen (ondervervoerders, bewaarnemers, etc.).  Binnenlands vervoer: doorbreking van de AVC-limiet is alleen mogelijk in geval van opzet door de vervoerder zelf. Dus wanneer de chauffeur steelt, is er geen doorbreking van de limiet. 

́De vervoerder zelf ́ is bij een rechtspersoon (meestal een vennootschap) een lid van de directie of het hogere management. Bij een eigen rijder is hij de baas van het bedrijf; de baas is dan vaak ook de chauffeur. 

Schadeberekening

Ook bij de berekening van schade bestaat er verschil tussen internationaal en binnenlands vervoer. Uitgangspunt hierbij is het op de vrachtbrief vermelde gewicht van de niet-afgeleverde zaak. Als er geen vrachtbrief is of de informatie niet is ingevuld op de vrachtbrief, geldt het gewicht dat de goederen hadden op het moment dat de vervoerder ze in ontvangst nam. 

  • CMR-vervoer: de waarde van de goederen op het moment van inontvangstneming door de vervoerder. De berekening van de schade in geval van verlies van (een deel van) de lading gebeurt aan de hand van de afzendwaarde. Dat is de waarde van de goederen op de plaats en het tijdstip van de inontvangstneming. Deze waarde wordt meestal vastgesteld op basis van de factuurwaarde, maar soms ook volgens de beurskoers of gangbare marktprijs. Vervolgens wordt het schadebedrag gemaximaliseerd tot de schade- limiet. De schadelimiet bedraagt bij internationaal transport SDR 8,33 per ontbrekende kilogram brutogewicht. Naast de schadelimiet betaalt de vervoerder ook de vrachtprijs, de douanerechten en de overige vervoerskosten.

  • Binnenlands vervoer: de waarde van de goederen bij aflevering. Deze waarde wordt berekend naar de marktwaarde. Vervolgens wordt het schadebedrag gemaximaliseerd tot de schadelimiet. De schadelimiet bedraagt bij binnenlands transport €3,40 per ontbrekende kilogram brutogewicht.

Zijn de goederen beschadigd, dan wordt eerst de restwaarde berekend. Ook de schadevergoeding voor de restwaarde wordt beperkt tot maximaal de schadelimiet (SDR 8,33/€3,40) per kilo.

Telt de verpakking mee bij de vaststelling van het gewicht?

  • Niet als de verpakking door de vervoerder ter beschikking is gesteld.

  • Wel als de verpakking niet door de vervoerder ter beschikking is gesteld, maar voor eenmalig gebruik bedoeld is.

  • Niet als de verpakking niet door de vervoerder ter beschikking is gesteld, maar voor meermalig gebruik bedoeld is en niet beschadigd is.

  • Wel als de verpakking niet door de vervoerder ter beschikking is gesteld, maar voor meermalig gebruik bedoeld is en wel beschadigd is.

Verpakkingen bestemd voor meermalig gebruik zijn bijvoorbeeld kratten en pallets. Verpakkingen voor eenmalig gebruik zijn wegwerpverpakkingen, zoals plasticfolie of kartonnen dozen. 

3.3 ‘Eigen schuld’ afzender

De afzender is verantwoordelijk voor de juiste invulling van de vrachtbrief, zodat de vervoerder over de juiste informatie beschikt. Ook is de afzender aansprakelijk voor de schade aan personen, materialen of andere goederen, als die schade voortkomt uit gebrekkige verpakking van de te vervoeren goederen. Wordt de vervoerder aangesproken voor schade die terug te leiden is tot genoemde oorzaken, dan kan hij regres nemen op de afzender. De afzender moet de vervoerder vrijwaren voor de aldus veroorzaakte schade. Vrijwaring wil hier zeggen dat de afzender de schade, die in eerste instantie bij de vervoerder is geclaimd, moet vergoeden.

Hieronder twee voorbeelden van een afzender die de vervoerder moet vrijwaren.

Voorbeeld 1: een vat nitroglycerine explodeert

...en fabrikant van chemicaliën en springstoffen geeft de vervoerder de opdracht een vat met glycerine te vervoeren. Hij vermeldt dat ook op de AVC-vrachtbrief. De vervoerder neemt het vat mee, maar er staat wel met een groot gevaaretiket op dat het nitroglycerine bevat. Wanneer de vrachtwagen in een winkelstraat rijdt, explodeert het vat. Niet alleen gaan de overige lading en de vrachtwagen verloren, maar er zijn ook vele gewonden en een enorme ravage aan gebroken winkelruiten en ingezakte voorpuien. De totale schade bedraagt € 10.000.000,-.

De vervoerder moet deze schade aan derden (gewonden
en winkeliers) vergoeden, op grond van de Regeling voor aansprakelijkheid voor gevaarlijke stoffen (art. 8:1213
BW). Vanzelfsprekend wil de vervoerder voor dat enorme bedrag regres nemen op zijn afzender. De afzender heeft de vervoerder immers bij het sluiten van de overeenkomst en in de vrachtbrief verkeerd geïnformeerd over de inhoud van het vat. De Regeling voor aansprakelijkheid voor gevaarlijke stoffen bevat geen bepalingen voor het regres. Maar de vrijwaringsclausule van art. 26 lid 1 AVC 2002 wel. Daarin staat kort gezegd dat een afzender die niet voldoet aan de verplichtingen uit de wet of uit de AVC, een vervoerder moet vrijwaren voor alle schade, als die vervoerder door een derde wordt aangesproken. In het voorbeeld voldoet de afzender niet aan de informatieplicht over de juiste - gevaarlijke - aard van de goederen.

Voorbeeld 2: lading gaat schuiven

...en vervoerder krijgt opdracht om vaten met dierlijk vet te vervoeren. De afzender dient de vaten te laden en stuwen volgens art. 4 lid 1 (e) AVC 2002. Hoewel de chauffeur de belading en stuwage heeft gecontroleerd (art. 9 lid 5 AVC), heeft de afzender twee vaten toch niet goed vastgezet. Op de autosnelweg rollen de vaten van de vrachtwagen. De opruimkosten bedragen enkele tienduizenden euro’s. Aangezien de afzender een hem opgelegde verplichting niet is nagekomen, kan de vervoerder voor die opruimkosten regres nemen op de afzender. Want de afzender die zijn verplichtingen niet nakomt, dient de schade te vergoeden die hierdoor is veroorzaakt. Ook als die schade in eerste instantie geclaimd is bij de vervoerder.

Wie een fout maakt, betaalt

Uit de voorbeelden blijkt dat vrijwaring zo is opgezet, dat een afzender die zelf een fout(je) maakt, uiteindelijk voor de schade moet opdraaien. Het is de afzender aan te raden om deze aansprakelijkheid apart te verzekeren, zeker als hij regelmatig gevaarlijke stoffen laat vervoeren.

3.4 Dossieropbouw voor een claim

Zodra er schade geclaimd is, wordt de verzekeringsadviseur geïnformeerd. Hij informeert de verzekeraar. De schade- behandelaar van de verzekeraar legt een dossier aan. De verzekerde doet er verstandig aan ook een dossier bij te houden. Hoe bouwt u als vervoerder, afzender of ontvanger een goed schadedossier op? U verzamelt zo veel mogelijk informatie over de gebeurtenis. Dat kunnen documenten zijn, maar ook direct onderzoek naar feiten is van belang, bijvoorbeeld via sporenonderzoek, getuigenissen of foto’s.

Dossier voor schadeclaims

Deze informatie neemt u op in uw schadedossier:

  1. Documenten: vrachtbrief, paklijst, factuur, correspondentie over de vrachtorder.

  2. Informatie over de polis:

    1. Onder welke polis valt de schade? 

    2. Is de schade gedekt? Zo ja: volledig of is er een limiet? 

    3. Is er een verhoogd eigen risico: ja/nee (G23)? 

  3. Gegevens van betrokken partijen: afzender, geadresseerde, ladingbelanghebbende (op grond van verkoopcondities), ladingverzekeraar, laadadres, losadres, ladingexpert.

  4. Informatie over de vervoersketen

    1. Wie is de hoofdvervoerder?

    2. Wie is (zijn) de ondervervoerder(s)?

    3. Wie is (zijn) hun verzekeraar(s)? 

  5. Informatie over het traject: laaddatum, losdatum, traject per vervoerder. 

  6. Informatie over de schade:

    1. schadedatum, aard van de schade

    2. schadeclaim, schade op basis van afzend-/ aankomstwaarde, 

    3. het brutogewicht van de beschadigde/ verloren goederen,

    4. foto’s.

  7. Informatie over de procedure: de datum van een schriftelijke vordering, de datum van een eventuele afwijzing. 

VOETNOTEN
1 Bij oudere versie(s) van de Incoterms ging het risico op de koper over op het moment dat de goederen de scheepsreling passeerden. In de Incoterms 2010 is dit veranderd in het moment dat de goederen aan boord van het schip geplaatst worden.
2 In het wegvervoerrecht wordt opzet gelijk gesteld aan bewuste roekeloosheid. Waar in dit hoofdstuk ‘opzet’ wordt genoemd, wordt daarmee ook ‘bewuste roekeloosheid’ bedoeld.