Smart Transport? Over vrachtbrief APPS, de elektronische handtekening en vertrouwensdiensten

Editie 72 | Maart 2014 | Jaargang 28

De rechtsgeldigheid van elektronische handtekeningen en overeenkomsten is gebaseerd op EU-wetgeving. De huidige Richtlijn 1999/93 EG wordt naar verwachting in 2014 vervangen door de rechtstreeks werkende Verordening 2012/146 EU.Wat betekent dit voor de elektronische vrachtbrief?

1. INLEIDING

Als gastschrijver van Weg en Wagen heb ik niet veel affiniteit met de vaste rubrieken: transport van afval en douanerecht. Wel heb ik in de jaren tachtig een aantal weken bij de vuilnis gewerkt. Tot zover een link met de rubrieken van Weg & Wagen, waar ik als internetjurist niet veel over weet. Er zijn wel parallellen tussen vervoer en het internet. Zo werd vooral in de begindagen als metafoor voor het internet de elektroni­sche snelweg gebruikt. Ook sprak Neelie Kroes vorig jaar nog over drempels op de snelweg, toen het over wetsvoorstellen rond filteren en blokkeren door Internet Providers ging.

Waar de twee infrastructuren vooral samenkomen is bij elektronische handel: via internet bestelde goederen moeten uiteindelijk vervoerd worden van de verkoper naar de koper. Na een Chinees filmpje op Youtube in 2013 waar gebak bij de mensen thuis bezorgd werd door een drone, wordt door grote aanbieders als Amazon nagedacht over aflevering door drones. De complexiteit van een kleine, vliegende, autonoom op basis van geo-informatie zijn weg door de lucht zoekende drone is minder complex dan de ook al enkele jaren rondrij­dende onbestuurde auto’s. Althans, auto’s waar de besturing niet door de chauffeur plaatsvindt. Het kan natuurlijk dat het in de lucht net zo druk wordt als op de weg en daarmee de complexiteit toeneemt, maar zover is het nog niet. Of er een opschaling mogelijk is zodat drones ook grote vrachten gaan vervoeren? Dat lijkt me niet, maar ik had ook niet gedacht dat een 3D printer in staat zou zijn om echte huizen te printen, dus wie weet. Vooralsnog gaat nog veel vrachtvervoer over de weg.

Net als in elke bedrijfstak speelt binnen de vervoerswereld informatietechnologie al lange tijd een rol. Iets minder lang zal het internet in gebruik zijn en pas de laatste jaren ook smart mobile devices zoals smart phones en tablets. In deze bijdrage ga ik in op het gebruik van elektronische communica­tie in het handelsverkeer.Mijn focus zal liggen op beschrijving van de Regels rond elektronische handtekeningen, wat tevens de titel is van een boek dat ik samen met Jos Dumortier en Stephanie Bol in 2004/5 schreef. De regels uit het Burgerlijk Wetboek rond elektronisch handtekeningen verdwijnen binnenkort. In plaats daarvan worden in een Europese verordening behalve de handtekening ook voor de vervoers­sector interessante onderwerpen als elektronische zegels en elektronische tijdstempels geregeld.

2. VRACHTBRIEVEN: VAN ONDERWEG PRINTEN TOT APPS

In A formal analysis of incoterms for electronic commerce van Tan, Mitrakas & Thoen (1998) is een ondersteunend systeem INCAS beschreven dat automatisch redeneerde met de Incoterms® (International Commercial Terms), de door de ICC (International Chamber of Commerce) opgestelde leverings­voorwaarden. Zover is de praktijk nog niet. Wel wordt gebruik gemaakt van elektronische vrachtbrieven die dan vervolgens onderweg geprint kunnen worden. Het bedrijf PrintCMR biedt de mogelijkheid vrachtbrieven te printen “in de cabine of gewoon op kantoor”. Een stap verder is de papieren schakel in het geheel weg te laten. Papierloos is de Innectis App voor vrachtbrieven:

“De gebruiker krijgt een overzicht te zien van alle beschikbare vrachtbrieven voor zijn account. Dit kan op verschillende manieren onderverdeeld worden, bv. op basis van een route, datum, geografische spreiding. Via een zoekfunctie kan snel naar een bepaalde vrachtbrief gezocht worden.”

De App maakt ook gebruik van geo-locaties en tijdstempels, zodat later kan worden bekeken of een betreffende lading is afgeleverd dan wel opgehaald. Voor de ondertekening zijn er verschillende niveaus in gebruik, nl. “met pen, via login, met een token, via een QR-code”.

De praktijk is duidelijk klaar voor elektronische vrachtbrieven, geldt dit ook voor het recht?

3. ELEKTRONISCHE HANDTEKENINGEN

In mei 1995 kwam de eerste wetgeving rond elektronische handtekeningen tot stand, de Utah Digital Signature Act. In Europa volgden in 1997 Italië (Legge Bassannini) en Duitsland (Signaturgesetz). Om uiteenlopende regelingen in lidstaten te voorkomen werd binnen de Europese Unie de Richtlijn 1999/93/EG inzake elektronische handtekeningen vastgesteld. In mei 2003 werd vervolgens in boek 3 van het Burgerlijk Wetboek de afdeling “1a. Elektronisch vermogens­rechtelijk rechtsverkeer” ingevoerd. Centraal staat art. 3:15a BW waarin is bepaald dat een elektronische handtekening in beginsel gelijk is aan een geschreven handtekening. De voor­waarden voor geldigheid zijn ruim geformuleerd: de methode gebruikt voor authentificatie moet voldoende betrouwbaar zijn. Om dit vast te stellen wordt gekeken naar het doel waarvoor de elektronische gegevens worden gebruikt en alle overige omstandigheden van het geval. Wat dit betekent voor een elektronische vrachtbrief wordt in dit nummer door Van der Meché behandeld in het artikel “De elektronische vracht­brief in Nederland en onder de CMR”.

Juridisch gezien is er dus geen belemmering om bijvoorbeeld vrachtbrieven elektronisch te ondertekenen. Dat de afdeling 1a binnenkort zal verdwijnen uit het Burgerlijk Wetboek maakt dit niet anders. Ter vervanging en in uitbreiding op deze bestaande regeling verwacht de Europese Unie in voor­jaar 2014 de Verordening 2012/146 EU betreffende elektroni­sche identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt vast te kunnen stellen.

4. VERORDENING ELEKTRONISCHE VERTROUWENSDIENSTEN

Waar een richtlijn door de lidstaten moet worden omgezet, werkt een verordening rechtstreeks in de nationale rechts­orde van de EU-lidstaten. De verordening 2012/146 EU kent twee onderdelen. In de eerste plaats wordt voortgebouwd op de dienstenrichtlijn 2006/123/EG. Bedrijven en burgers van lidstaten moeten op grond van deze richtlijn in iedere lidstaat informatie in hun eigen taal kunnen krijgen over regels rond in een andere lidstaat voorgenomen bedrijfsactiviteiten. De nu voorgestelde verordening verplicht lidstaten om iedere burger en elk bedrijf een binnen de EU aanvaard elektronisch identificatiemiddel te verschaffen. Een soort geavanceerde, internationale DigiD. Relevanter voor wegvervoer en vracht­brieven is het tweede onderdeel van de verordening:

“stelt een rechtskader vast voor elektronische handtekeningen, elektronische zegels, elektronische tijdstempels, elektronische documenten, diensten voor elektronische bezorging en website-authenticatie.”

Vooral de elektronische zegels en tijdstempels zijn een noviteit en van belang voor de vervoerssector. Weliswaar vergelijkbaar is het in België door de Kamercommissie Bedrijfsleven op 28 oktober 2013 goedgekeurde ontwerp van wet waarbij een juridisch kader is gecreëerd voor de elektroni­sche aangetekende brief, de elektronische archivering en de elektronische tijdsregistratie, maar deze wet zal grotendeels overbodig worden na in werkingtreding van de voorgestelde verordening.

4.1 RECHTSGELDIGHEID VAN ELEKTRONISCHE INFORMATIE

Net als in de Richtlijn elektronische handtekening worden er verschillende niveaus in de Verordening beschreven. Zo is op grond van de richtlijn de gebruiker van een gekwalifi­ceerde handtekening zeker dat deze in alle lidstaten wordt erkend en is er een wettelijk vermoeden dat de handtekening rechtsgeldig is. Bij gekwalificeerde handtekeningen wordt gebruik gemaakt van certificaten die alleen door speciale, daartoe aangewezen gecertificeerde dienstverleners kunnen worden verstrekt. Hoewel in de literatuur de term gekwa­lificeerde handtekening veel gebruikt wordt, werd de term gekwalificeerd in de Richtlijn alleen nog gebruikt om het type certificaat zoals juist genoemd mee aan te duiden. In de Verordening wordt bij elke vertrouwensdienst expliciet een onderscheid gemaakt tussen een reguliere en een gekwa­lificeerde variant. Deze laatste brengt net als eerder bij de handtekening automatisch rechtsgevolgen mee.

De regeling van iedere vertrouwensdienst begint met de bepaling die de vanzelfsprekendheid van het gebruik van elektronische informatie onderschrijft:

“De rechtsgeldigheid van een elektronisch [...] en de toelaatbaarheid ervan als bewijsmiddel in gerechtelijke procedures mogen niet worden ontkend louter op grond van het feit dat [...]elektronisch is.”

In 1996 was het begrijpelijk dat in artikel 9 UNCITRAL Model Law on E-commerce werd gesteld dat het bewijs van elektro­nische informatie niet ontkracht kon worden enkel door aan te voeren dat de informatie elektronisch is. Het wekt verbazing dat dit anno 2014 nog steeds nodig wordt geacht.

4.2 ZEGELS EN STEMPELS

Een elektronisch zegel wordt gebruikt “om de oorsprong en integriteit van de ermee verbonden gegevens te waarborgen.” Een elektronische vrachtbrief kan bijvoorbeeld van een derge­lijk zegel worden voorzien. Als gebruik gemaakt wordt van een gekwalificeerd certificaat geldt (art. 28 van de Verordening 2012/146 EU)):

“het wettelijk vermoeden dat het de oorsprong en integriteit van de gegevens waaraan het verbonden is, waarborgt.”

Een elektronisch tijdstempel verbindt elektronische gegevens, bijvoorbeeld een elektronische vrachtbrief

“aan een bepaald tijdstip en die bewijzen dat deze gegevens op dit tijdstip bestonden.”

Ook hier bestaat als een gekwalificeerd tijdstempel wordt gebruikt het wettelijke vermoeden

“dat het aangeduide tijdstip en de integriteit van de gegevens die aan het tijdstip zijn gekoppeld, zijn gewaarborgd.”

5. SLOT

De praktijk is klaar voor elektronische documentuitwisse­ling binnen het wegvervoer. Het recht kent al sinds 2003 de elektronische handtekening. Naar verwachting worden daar in 2014 op grond van een EU verordening onder andere een elektronisch zegel en tijdstempel aan toegevoegd. Indien een met waarborgen omklede gekwalificeerde variant wordt gehanteerd, is de vervoerder verzekerd van een wettelijk vermoeden dat de gegevens en het tijdstip kloppen. Ook bij minder zware varianten dan de gekwalificeerde ontstaat met de verordening naast de al bestaande eenvoudige handteke­ning (naam onder e-mail, elektronische pen ondertekening) ook juridische grondslag voor onder andere elektronische tijdstempels en zegels. Mogelijk dat op termijn de wegver­voerder vervangen zal worden door onbemande trucks of heli­kopters. Tot die tijd kan in ieder geval het fysiek over wegen verplaatsen gecombineerd worden met juridische waarborgen rondom elektronische informatie.

De stappen naar papierloos wegvervoer blijken in de praktijk moeilijk te realiseren. Momenteel zijn er vooral tussenvormen gangbaar, zoals Apps waarbij gegevens via een internetapplicatie worden ingevoerd maar vervolgens weer als vrachtbrief op papier afgedrukt.

Ter vervanging van de papieren vrachtbrief zijn er verschil­lende sign-on-glass oplossingen op de markt. Sign-on-glass betekent dat de ontvanger tekent op het schermpje van het draagbare apparaat, dat de chauffeur bij zich heeft. Aan deze vrachtbrief en handtekening kleven veel problemen, te weten:

  • De handtekening is juridisch gezien niet origineel, maar een kopie;

  • De handtekening is niet gekoppeld aan de vrachtbrief;

  • De geadresseerde ontvangt geen exemplaar van de vrachtbrief;

  • De digitale informatie is in bezit van de vervoerder.

  • Het is dus mogelijk, dat de vervoerder eenzijdig wijzigingen aanbrengt in de digitale vrachtbrief en handtekening.

Het platform, dat de ondernemersorganisaties TLN en EVO binnenkort op de markt brengen genaamd TransFollow lost bovenstaande problemen op. Met een gestandaardi­seerde interface kunnen alle ICT- en vrachtbrief App-leveranciers een koppeling maken met het TransFollow-platform. Vervolgens kan men de vrachtbrief met het eigen TMS- of WMS-pakket (via een zogenaamde API-koppeling) elektronisch indienen op het TransFollow-platform.

Bovendien is de vrachtbrief toegankelijk voor alle keten­deelnemers: afzender, expediteur, vervoerder, onderver­voerder en geadresseerde.

Op het moment dat de afzender op zijn App aangeeft de zending overgedragen te hebben, wordt er een unieke code (getallenreeks of QR-code) zichtbaar op de App.

Door deze code op de boordcomputer van de vervoerder in te voeren, gaat de vervoerder met inontvangstneming akkoord. Bij aflevering aan de geadresseerde krijgt deze op zijn beurt een unieke code op zijn App om mee voor ontvangst te ‘tekenen’ op de boordcomputer van de vervoerder. Op termijn zal de QR code waarschijnlijk vervangen worden door NFC (Near Field Communication) waardoor contactloos ondertekenen van de digitale vracht­brief ook mogelijk zal worden en het ondertekeningproces nog eenvoudiger en betrouwbaarder zal worden.

                             
       





      h1, h2, h3, h4, h5 { font-weight: bold !important; } h1, h2, h3 { font-size: 18px !important; } h4, h5 { font-size: 16px !important; } Print Friendly and PDF
      Smart Transport? Over vrachtbrief APPS, de elektronische handtekening en vertrouwensdiensten
      prof. mr. Arno Lodder (Professor of Internet Governance and Regulation, Vrije Universiteit) 28 februari 2014


      Deel deze post
      ArchiEF

      Vraag uit de praktijk: Tekenen op een schermpje?
      Editie 72 | Maart 2014 | Jaargang 28