Incoterms® 2020: een aanwinst voor de praktijk?

Weg en Wagen 89 | Februari 2020 | Jaargang 34

Per 1 januari heeft de International Chamber of Commerce een nieuwe versie van de Incoterms gelanceerd. Gelukkig verandert er inhoudelijk niet veel aan de Incoterm[1] regels van de set 2020 in vergelijking met die van 2010. De belangrijkste winstpunten van de set van 2020 ten opzichte van de vorige set is de uitgebreide uitleg en de nieuwe indeling van de verplichtingen.

Voor vervoerders blijft het van belang de internationale koopovereenkomst te scheiden van de vervoerovereenkomst. Het startschot van de uitvoering van de koopovereenkomst wordt gegeven door de Incoterm in de koopovereenkomst. De verkoper of de koper wordt op basis van de Incoterm regel in de koopovereenkomst belast met het verzorgen van (een deel van) het vervoer van de goederen. Ofwel de (vertegenwoordiger van) verkoper, ofwel de (vertegenwoordiger van) koper wordt daarmee de afzender in de vervoerovereenkomst voor een bepaald traject.

In mijn vorige bijdrage (juni 2019[2]) heb ik de meest belangrijke elementen voor de uitvoering van de vervoerovereenkomst op een rijtje gezet: waar sluiten de koop- en vervoerovereenkomsten mogelijk niet goed op elkaar aan. In deze bijdrage wil ik de lettergroepen uit de Incoterms onder de aandacht brengen omdat deze wijze van indeling het makkelijker maakt om de verplichtingen van de partijen te kennen. Bij de uitleg van de lettergroepen licht ik direct de veranderingen toe die de set van 2020 met zich meebrengen. Daarna volgt een opsomming van de veranderingen gevolgd door een conclusie: is de nieuwe set Incoterms een aanwinst voor de praktijk of niet.

1. Incoterms en lettergroepen.

De Incoterms kunnen worden ingedeeld in lettergroepen gevormd door de eerste letter van de afkorting: E-groep, de F-groep, de C-groep en de D-groep. Bij elke lettergroep na de E-groep neemt de verkoper steeds meer verplichtingen op zich.

                                                       Incoterms 2020 in lettergroepen

Groep Letters Betekenis                                                 Vertaling

E         EXW Ex Works                                                 Af fabriek

          FCA1 Free Carrier/vestigingsplaats verkoper Vrachtvrij tot vervoerder

          FCA2 Free Carrier/andere plaats                         Vrachtvrij tot vervoerder

          FAS         Free Alongside Ship                                 Vrachtvrij langszij schip

          FOB Free on Board                                         Vrachtvrij aan boord

C         CPT Carriage Paid to                                         Vracht betaald tot

          CIP          Carriage and Insurance Paid to         Vracht en verzekering betaald tot

          CFR  Cost and Freight                                         Kostprijs en vracht

          CIF         Cost Insurance and Freight                 Kostprijs, verzekering en vracht

D         DAP Delivered At Place                                 Geleverd ter bestemming

          DPU Delivered at Place Unloaded                 Geleverd ter bestemming en                                                                                                         gelost

          DDP Delivered Duty Paid                                 Geleverd rechten betaald

Daarnaast hanteert het ICC een indeling op Incoterms voor: 1. alle vervoersvormen (= modaliteiten) 2. voor vervoer over water (eigenlijk: van haven tot haven). Het gemak van het overzicht van de letterindeling ging daarmee verloren. In de toelichting bij de Incoterms 2020 wordt het belang van kennis over de lettergroepen naar voren gebracht[3]. Voor vervoerders is deze indeling op letter ook handig om te checken of zij zaken gaan doen met een partij die ook hun factuur zal gaan betalen.

                        Overzicht bij een intercontinentale koop

                     F                 C                         D  

Verkoper ---------------0 ~~~~~~~~~ 0------------- Koper

EXW         voorvervoer hoofdvervoer navervoer DDP

Bij een continentale koop wordt er meestal gebruik gemaakt van 1 modaliteit en worden de EXW en de FCA1 met plaats verkoper, en de CPT/CIP, DAP en DDP met plaats koper het meeste gebruikt. Zie bij de uitleg van de lettergroepen welke verplichtingen de handelaren op zich nemen bij deze Incoterms.

De E-groep: vertrek

Bij de Incoterm Ex Works (EXW) heeft de verkoper geen andere verplichtingen dan de goederen klaar te zetten voor vertrek met de gegevens die alleen de verkoper kan verzorgen[4]. De koper moet zorgen voor het laden van de goederen en de rest van het vervoer. Meestal zijn chauffeurs op het laaddok niet welkom en laadt de verkoper toch. Wanneer in zo’n geval schade ontstaat dan kan er een conflict ontstaan over wie die schade moet dragen: de verkoper of de koper. De verkoper zal aan de koper duidelijk moeten hebben gemaakt dat het laden op risico en kosten van de koper plaatsvond om conflicten hierover te voorkomen.

Wat gebeurt er wanneer bij een EXW levering van verse producten de goederen verkeerd verpakt zijn en daardoor schade tijdens het transport ontstaat? Dan heeft de verkoper in principe niet juist geleverd, indien de verkoper wist dat de goederen nog ver te reizen hadden. Maar de koper kan niet achterover leunen bij de wanprestatie van de verkoper. Het van toepassing zijnde recht geeft de koper de plicht om bij een EXW de goederen te (laten) keuren op de plaats van de verkoper en vervolgens de mededeling van non conformiteit te doen bij de verkoper. Wanneer de koper dit niet gedaan heeft, dan verspeelt hij de zijn juridische acties tegen verkoper[5].

Veranderingen

Bij de set Incoterms 2020 verandert er niets aan de hoofdverplichtingen van de partijen bij de EXW levering. De koper moet al het werk doen bij de uitvoering van de koopovereenkomst vanaf het moment dat de verkoper de goederen heeft klaargezet op zijn eigen of een ander nader genoemd terrein. De levering vindt dan plaats samen met de risico-overgang. De koper moet zelfs alle  douaneverplichtingen (uitklaren en inklaren voor zover nodig) verzorgen en betalen. Er bestaat geen verzekeringsverplichting voor de partijen.

De F-groep: hoofdvervoer onbetaald door verkoper.

Er zijn 3 Incoterms waaruit de verkoper en de koper kunnen kiezen in deze groep: de Free Carrier (FCA), die geschikt is voor alle modaliteiten en 2 Incoterms die alleen geschikt zijn voor haven tot haven vervoer: de Free Alongside Ship (FAS) en de Free on Board (FOB). Achter de laatste twee Incoterms dient de haven van vertrek vermeld te worden. Het hoofdvervoer wordt door de verkoper niet betaald.

In de F-groep zorgt de verkoper dat de goederen worden vervoerd naar de plaats die achter de Incoterm staat op zijn eigen continent. Dus de meest uitgebreide service in de F-groep levert de verkoper aan de koper bij een FOB Rotterdam: de verkoper moet ervoor zorgen dat de goederen in juiste staat zijn geleverd op het schip dat de koper heeft aangewezen in de (in dit geval) Rotterdamse haven.

Ondanks het feit dat de FCA door de exporteurs in Nederland het meest wordt gebruikt[6] hebben de ondernemers met deze Incoterm de meeste moeite. Dit komt doordat de plaats die achter de FCA wordt genoemd kan variëren van de plaats van de verkoper tot aan de vertrekhaven en alle plaatsen daar tussen in. In de Incoterms 2020 publicatie is de toelichting van de FCA enorm verbeterd. De toelichting[7] maakt duidelijk dat er 2 soorten FCA bestaan:

1. De FCA met de vestigingsplaats van de verkoper achter de Incoterm, en

2. Een FCA met een andere plaats (op eigen continent) genoemd achter de Incoterm.

Bij de FCA 1 levert de verkoper op het moment dat de goederen zijn geladen op het vervoermiddel dat de koper heeft gestuurd naar de vestigingsplaats van de verkoper. Met andere woorden deze FCA 1 is een EXW plus laden en plus het verzorgen van de uitklaring van de goederen (indien nodig). Het gehele vervoer wordt door de koper georganiseerd en betaald.

Bij de FCA 2 neemt de verkoper ook een deel van het transport op zich. De levering vindt nu plaats op het vervoermiddel (niet gelost) dat de verkoper heeft gestuurd naar de plaats die achter de FCA staat omschreven op het eigen continent.

Bij alle Incoterms uit de F-groep dienen de goederen in goede staat en op tijd te worden geleverd op de plaats genoemd achter de Incoterm. Op die plaats gaat ook het risico voor verlies en schade aan de goederen over van de verkoper naar de koper. De partijen zorgen ieder voor het passeren van de eigen douane, dat wil zeggen: de verkoper klaart uit en de koper klaart in (voor zover nodig). De partijen zorgen  voor een transportgoederenverzekering voor zover zij risico dragen. De Incoterms 2020 verplichten daartoe niets.

Veranderingen

Nieuw bij de FCA 2020 is dat de mogelijkheid is opgenomen voor de verkoper en koper om de zeevervoerder de “on board bill of lading” aan de verkoper te laten afgeven. Dit is van belang voor een documentair krediet of incasso, waarbij de “bill of lading” als belangrijkste document door de verkoper moet worden aangeleverd bij een bepaalde bank om betaling te verkrijgen.

Bij een FCA, echter, is de koper de wederpartij van de zeevervoerder omdat het hoofdvervoer niet door de verkoper wordt betaald. De koper zou volgens de hoofdregel in het bezit van de “bill of lading” moeten worden gesteld. In dat geval kan de verkoper niet aan zijn documentaire verplichting voldoen en valt zijn zekerheid dat een bank hem gaat betalen in duigen.

Wanneer de verkoper en koper de FCA-B/L constructie afspreken zal de koper zijn zeevervoerder de instructie moeten geven de “bill of lading” niet aan hem maar aan de verkoper af te geven. De verkoper kan vervolgens voldoen aan de documentaire betalingsvoorwaarde: de “bill of lading” aan de bank overhandigen zodat de koopprijs aan hem wordt betaald.

De verkoper is bij de “bill of lading” constructie afhankelijk van handelingen van de koper en zijn zeevervoerder. Worden de instructies op tijd en juist doorgegeven aan de agent in de laadhaven? Hoewel deze “bill of lading” constructie nu officieel mogelijk is gemaakt, leidt deze constructie tot risico’s voor de verkoper. Een veiliger scenario voor de verkoper is om tenminste een Incoterm uit de C-groep af te spreken, waardoor hij direct de wederpartij van de zeevervoerder wordt en niet afhankelijk is van de communicatie van andere partijen om de “on board bill of lading” op tijd te verstrekken aan de bank.

C-groep: hoofdvervoer betaald door verkoper

De verkoper geeft meer service aan de koper wanneer er een Incoterm uit de C-groep wordt afgesproken dan bij een Incoterm uit de F-groep. Toch blijven voor een aantal verplichtingen de Incoterms uit de F-groep van belang. In deze groep reiken alleen de kosten voor het vervoer tot aan de plaats genoemd achter de Incoterm. Dat maakt deze groep de moeilijkste om in de praktijk toe te passen. Daar hebben de Incoterms 2020 geen verandering in aangebracht.

De partijen bij de koopovereenkomst kunnen in deze groep kiezen uit 2 verschillende Incoterms met hun verzekeringsvarianten:

1. Carriage paid to (CPT) en de verzekeringsvariant van deze Incoterm de Carriage and Insurance paid to (CIP). De CPT en CIP kunnen gebruikt worden voor elke vervoermodaliteit en zijn uitermate geschikt voor het vervoer van goederen in containers.

2. de Cost and Freight (CFR) en de verzekeringsvariant van deze Incoterm de Cost Isurance and Freight (CIF). De CFR en CIF kunnen gebruikt worden voor het haven naar haven vervoer en zijn vooral geschikt voor bulk- en stukgoederen vervoer.

De levering en risico-overgang bij de CPT en CIP zijn gelijk aan de FCA 1 dus wanneer de goederen zijn geladen bij de 1e vervoerder. De kosten van het vervoer lopen voor de verkoper door tot aan de plaats genoemd achter de Incoterms. Daarom is het van belang dat deze plaats heel duidelijk wordt geformuleerd. Een CIP Shanghai kan de haven in Shanghai zijn, maar als de koper in Shanghai gevestigd is dan kan deze partij ook verwachten dat de goederen bij zijn bedrijf worden afgeleverd, wat behoorlijk landinwaarts kan zijn. De goederen blijven bij dit misverstand dan achter in de haven van Shanghai met alle gevolgen en kosten van dien.

De levering en risico-overgang bij de CFR en CIF zijn gelijk aan die bij een FOB laadhaven. Alleen de kosten van het vervoer reiken voor de verkoper tot aan de haven van Shanghai. Bij schade aan de goederen door zeewater is er dus geen sprake van wanprestatie door de verkoper omdat de levering correct in de haven van Rotterdam heeft plaats gevonden. Om de correcte levering in de FOB-haven te kunnen aantonen is het van belang de CFR en CIF vooral te gebruiken bij bulk- en stukgoederen. Voor containervervoer is het advies een CPT of CIP te gebruiken zodat voor het sluiten van de container op de FCA1 plaats een keuring kan plaats vinden.

Veranderingen

Ook voor de douaneverplichtingen zijn er in de set van 2020 geen veranderingen aangebracht: de verkoper klaart indien nodig de goederen uit, terwijl de koper de goederen zo nodig inklaart.

Bij de verzekeringsverplichtingen is er bij de Incoterms 2020 wel een verandering aangebracht. Bij de CIF blijft de minimale verplichting voor de verkoper een verzekering af te sluiten die voldoet aan de Institute Cargo Clauses C ten behoeve van de koper (die draagt immers het risico voor het zeevervoer). Maar bij de CIP is de verzekeringsverplichting veranderd. Mocht de verkoper bij de 2010 versie nog kiezen tussen een dekking volgens de Institute Cargo Clauses minimaal C dan wel A of B[8], bij de 2020 versie is deze verplichting vastgesteld op de A-dekking ten behoeve van de koper. De dekking loopt vanaf de risico-overgang op de FCA1 plaats tot aan de plaats genoemd achter de Incoterm.

D-groep: aankomst

Bij deze groep komen alle verplichtingen van de verkoper aan op het continent van de koper en levert de verkoper de meeste service aan zijn koper. Dus zowel de levering, de risico-overgang als de kosten van het vervoer vinden plaats op het continent van de koper. Maar de douaneverplichtingen blijven verdeeld over de verkoper en de koper zoals bij de F- en C-groep, behalve bij de Incoterm Delivered Duties Paid (DDP). Bij de DDP dient de verkoper naast de uitklaring, ook de inklaring in het land van de koper te verzorgen en te betalen.

Veranderingen

De meest opvallende verandering van de set Incoterms 2020 vindt in deze groep plaats: de verkopers kunnen vanaf 1 januari kiezen tussen de Incoterms: Delivered at Place (DAP), de Delivered at Place Unloaded (DPU) of de Delivered Duty Paid (DDP). De Incoterm Delivered at Terminal (DAT) 2010 is aangepast naar DPU om duidelijk te maken dat de Incoterm ook toepasbaar is op plaatsen waar geen terminal aanwezig is. De aanpassing dient dus om het uitladen op elke plaats op het continent van de koper mogelijk te maken.

De DAP en de DPU zijn de flexibele Incoterms op het continent van de koper. Zo kunnen de partijen een DAP Shanghai Port afspreken, maar ook een DAP adres koper. In het eerste geval levert de verkoper de goederen wanneer deze zijn aangekomen op het schip in de haven van Shanghai. Uitladen behoort niet tot de kosten van de verkoper en dient door de koper gedragen te worden voor zover deze niet bij het zeevervoer zijn inbegrepen. Ook bij de DAP adres koper vindt de levering plaats op het vervoermiddel dat de goederen naar de plaats genoemd achter de Incoterm brengt. De risico-overgang en kosten voor vervoer vinden ook op dat adres plaats. Het is dus van belang dat deze plaats duidelijk is omschreven. De douaneverplichtingen zijn bij deze twee Incoterms nog wel over de partijen verdeeld zoals bij de F- en C-groep.

De DDP wordt vaak gezien als de meest uitgebreide service die de verkoper aan zijn koper kan geven omdat bij deze Incoterm vaak het adres van de koper wordt vermeld en de verkoper nu ook alle douaneverplichtingen en kosten op zich neemt. De levering vindt plaats op het vervoermiddel dat de goederen naar de koper brengt. Er bestaat geen verzekeringsplicht voor de partijen bij de Incoterms uit de D-groep.

2. De veranderingen bij de Incoterms 2020 op een rijtje
De belangrijkste veranderingen zijn:

1. de uitgebreide toelichting in de ICC publicatie Incoterms 2020 met schema’s die mogelijke complicaties duidelijk maken;

2. betere indeling van de verplichtingen en mooie kosten overzichten per Incoterm. Daarnaast zijn er horizontale overzichten geplaatst om per verplichting te zien wat er per Incoterm is vereist;

3. De DAT 2010 wordt DPU 2020;

4. de contractuele mogelijkheid om bij een FCA als verkoper toch een B/L te verlangen;

5. Bij de CIP is de minimale verzekering op de uitgebreidere dekking van de Institute Cargo Clauses A gesteld.

Daarnaast is bij de Incoterms 2020 duidelijk gemaakt dat ook gebruik gemaakt kan worden van eigen vervoer. Bij de FCA, DAP, DPU en DDP is dit specifiek vermeld. Ook wordt specifiek bij de Incoterms 2020 vermeld wie de kosten voor veiligheidsmaatregelen moet dragen.

3. Conclusie

Voor mensen die al goed bekend zijn met Incoterms is er inhoudelijk niet veel veranderd. Maar voor nieuwe mensen op logistieke afdelingen van bedrijven en hun vervoerders zijn de nieuwe indeling van de verplichtingen en de toelichting bij de Incoterms 2020 de belangrijkste winstpunten. De indeling in lettergroepen geeft een snelle “quick scan” om te zien welke partij het vervoer zal moeten verzorgen en dus de wederpartij van een vervoerder gaat worden. Per lettergroep neemt de verkoper namelijk meer vervoerverplichtingen op zich.

De E-groep bestaat maar uit één Incoterm EXW die in de praktijk meestal anders wordt uitgevoerd: de verkoper laadt meestal toch terwijl hij daar volgens de Incoterm niet toe gehouden is. In de F-groep is de FCA de moeilijkste Incoterm om toe te passen. De toelichting van de Incoterms 2020 laat nu duidelijk zien dat er twee verschillende FCA’s zijn. De toelichting op de lettergroepen laat ook zien dat bij de C-groep het vervoer weliswaar door de verkoper wordt verzorgd, maar dat de koper voor (één of meer) van die trajecten het risico draagt. De koper zal in die gevallen bij schade en/of vermissing van de goederen waarschijnlijk als de ladingbelanghebbende een actie tegen de vervoerder gaan instellen. Bij de D-groep lopen de kosten voor het vervoer en het risico voor schade aan en/of vermissing van de goederen weer parallel aan elkaar. In die groep komt de enige Incoterm voor die qua lettersamenstelling is veranderd, namelijk de DAT 2010 is een DPU 2020 geworden. De reden voor deze aanpassing is zoals alles bij de set Incoterms 2020: om duidelijker te maken wat er van de partijen verwacht wordt. Daarin is de ICC met vlag en wimpel geslaagd. De Incoterms 2020 aanpassingen zijn een aanwinst voor de praktijk.

                       
Voetnoten
1. In de rest van de bijdrage leest u voor Incoterm(s): Incoterm(s)®
2. https://www.sva.nl/weg-en-wagen/incoterms-en-vervoer-hoe-voorkom-je-complicaties
3. Incoterms 2020, ICC Publicatie 723 N-E, p. 5 punt 21 e.v. waar gesproken wordt over de E, F, C en D regels.
4. Incoterms 2020, ICC Publicatie 723 N-E, p. 24, waar de koper voor de minimale verplichting wordt gewaarschuwd.

5. Dat is het geval volgens Nederlands recht (art. 7:23 lid 1) en volgens het Weens Koopverdrag (art. 38 en 39 WvK) het geval. Rechtbank Rotterdam, 26-10-2016, ECLI:NL:RBROT:2016:8138, S & S 2017/45
6. 65% van de ondervraagde ondernemers gaven aan deze Incoterm regelmatig overeen te komen. https://www.evofenedex.nl/kennis/actualiteiten/uitkomsten-onderzoek-naar-het-gebruik-van-incoterms

7. Incoterms 2020, ICC Publicatie 723 N-E, p. 33 en 34
8. Incoterms 2010, ICC Nederland publicatie  715 N-E, p. 168

                             
       





      h1, h2, h3, h4, h5 { font-weight: bold !important; } h1, h2, h3 { font-size: 18px !important; } h4, h5 { font-size: 16px !important; } Print Friendly and PDF
      Incoterms® 2020: een aanwinst voor de praktijk?
      mr. Sonja van Hall (hoofddocent internationaal recht aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN), gastdocent aan de Universiteit van Amsterdam en eigenaar van adviesbureau Jurimpex) 31 januari 2020


      Deel deze post
      ArchiEF

      Wet Bibob van invloed op vergunningen in afvalbranche en transportsector
      Weg en Wagen 89 | Februari 2020 | Jaargang 34