Praktijkboek voor de Vrachtbrief
7. Onder voorbehoud
Van chauffeur tot directeur
Hoe maak je een "onder voorbehoud"?
De vrachtbrief moet bij inontvangstneming van de goederen door de vervoerder en bij aflevering door de ontvanger/geadresseerde getekend worden. Sommige vervoerders respectievelijk geadresseerden tekenen standaard "onder voorbehoud". Daarmee wil de vervoerder voorkomen aansprakelijk gesteld te worden voor schade aan de goederen, terwijl de geadresseerde juist de mogelijkheid wil houden schade te claimen.
Een algemeen gesteld voorbehoud heeft echter juridisch geen werking. Men moet exact aangeven waaruit de schade bestaat. Bijvoorbeeld: twee dozen minder geleverd dan op de vrachtbrief vermeld, of: verpakkingsfolie is gescheurd. De schade moet uiterlijk waarneembaar zijn. Nog een voorbeeld: Niet tijdens laden aanwezig kunnen/mogen zijn: aantallen, stuwage en goederen niet op schade kunnen controleren of: Container/lading verzegeld overgenomen: controle van de lading niet mogelijk.
Uiterlijk niet waarneembare schade kan door de geadresseerde tot 1 week later schriftelijk bij de vervoerder worden gemeld. Zie ook: vraag 5. Zichtbare en onzichtbare schade
De reden, dat de vervoerder een voorbehoud wil maken bij inontvangstneming, is natuurlijk om te voorkomen dat de opdrachtgever (afzender) alsnog een claim indient wegens schade tijdens het vervoer. Let op dat een ladingclaim door de afzender moet worden onderbouwd. Het moet aannemelijk zijn dat de (bij inontvangstneming niet zichtbare) schade tijdens het vervoer is ontstaan.