Digitale logistieke platforms en platformverzekeringen

 mr. Jan Mulder, advocaat-specialist vervoerrecht bij de verzekeraar TVM


Digitale platforms die logistieke dienstverleners en hun klanten met elkaar verbinden zijn populair. Met het oog op aansprakelijkheid rijst de vraag hoe deze platforms juridisch dienen te worden gekwalificeerd. En waar moeten de platforms en hun gebruikers nog meer rekening mee houden, bijvoorbeeld met het oog op hun verzekeringen? 

Wat is een digitaal logistiek platform?

Al geruime tijd bestaan er online vrachtuitwisselingsbeurzen zoals Teleroute en Timocom. Via deze platforms komen verladers en vervoerders met elkaar in contact, vaak zonder dat ze elkaar van tevoren kennen. De laatste jaren is er een categorie platforms bijgekomen: horizontale samenwerkingsplatforms. 

De klimaatdoelstellingen van Parijs stellen de logistieke sector voor een forse opgave: in 2050 moeten transport en logistiek minstens een factor 6 efficiënter worden. Alleen inzetten op technische innovaties, zoals zuinige voertuigen en alternatieve brandstoffen, is niet genoeg. Voor het realiseren van de klimaatdoelstellingen zijn ook logistieke innovaties hard nodig. Horizontale samenwerking in het vervoer kan worden gezien als een technische innovatie om klimaatdoelstellingen te realiseren. In Nederland en in de ons omringende landen zien wij dat veel logistieke dienstverleners een – horizontale - samenwerking met elkaar aangaan om het vervoer van goederen efficiënter te laten plaatsvinden. Deze vervoerders maken gebruik van elkaars geografische ligging en (centrale) depots waar zendingen aan elkaar worden overgedragen en opnieuw gegroepeerd. Op die manier wordt ervoor gezorgd dat er geen “lucht” wordt vervoerd en kan worden gerealiseerd dat stadsdistributie bijv. met elektrische vrachtauto’s plaatsvindt. Ook kan hierbij verdere invulling worden gegeven aan de “Last Mile Delivery”.

Horizontale samenwerking tussen logistieke dienstverleners vindt veelal plaats vanuit een rechtspersoon die voor dit doel is opgericht (bijv. een coöperatie of een BV). Vanuit deze rechtspersoon wordt een vrachtuitwisselingsplatform opgericht waarmee ladingeigenaren via het platform online een transportopdracht kunnen plaatsen. De transporten worden vervolgens zo efficiënt mogelijk tussen de deelnemende logistieke dienstverleners verdeeld. De vervoerovereenkomst komt hierbij tot stand tussen ladingeigenaar en logistieke dienstverlener en/of tussen de deelnemende logistieke dienstverleners wanneer transporten aan elkaar worden uitbesteed in de vorm van ondervervoer.

Juridische positie van het platform

Vanuit juridisch perspectief is het interessant om te onderzoeken hoe het logistieke platform kan worden gekwalificeerd. Dat is natuurlijk met name van belang als er tijdens het transport problemen ontstaan en de betrokkenen schade willen verhalen, eventueel ook door middel van een claim tegen het platform zelf. Is dit mogelijk? En kan het platform zichzelf beschermen tegen dergelijke claims? 

Het Nederlandse Burgerlijk Wetboek kent drie juridische hoedanigheden die kunnen passen bij een logistiek platform: 

  1.  Een bemiddelaar (of: tussenpersoon) verbindt zich tegenover zijn opdrachtgever (soms tegenover twee opdrachtgevers) tot het tegen betaling tot stand brengen van een of meer overeenkomsten tussen de opdrachtgever en derden, of tussen zijn beide opdrachtgevers. Bemiddeling is geregeld in artikel 7:425 en verder Burgerlijk Wetboek. Een bemiddelaar kan zijn aansprakelijkheid contractueel uitsluiten of beperken.

  2. Een expediteur verbindt zich tot het ten behoeve van haar opdrachtgever sluiten van een vervoerovereenkomst met een vervoerder, ook wel het ‘doen vervoeren’ genoemd. Een expediteur in enge zin, die alleen het vervoer regelt, is beperkt aansprakelijk op grond van de wet.  Een expediteur in ruime zin, die naast vervoer ook andere diensten regelt, beperkt haar aansprakelijkheid vaak, bijvoorbeeld door middel van de FENEX-voorwaarden. 

  3. Een vervoerder verbindt zich tot het vervoeren van goederen van A naar B. De vervoerder hoeft daarmee niet zélf met de goederen te rijden, een papieren vervoerder die het vervoer volledig uitbesteedt, is juridisch gezien óók een vervoerder. Op een vervoerder rust een dwingendrechtelijke (beperkte) aansprakelijkheid voor ladingschade ontstaan tijdens het vervoer, en doorgaans ook voor vertragingsschade. De vervoerder kan zijn aansprakelijkheid niet (verder) contractueel beperken of uitsluiten. 

Optie 1 en 2 liggen het meest voor de hand als hoedanigheid van het platform. Immers, een platform zal zich niet gauw verbinden om goederen te vervoeren (optie 3). Het platform zal eerder kunnen worden aangemerkt als bemiddelaar (tussenpersoon) of als expediteur. Bemiddeling lijkt erg op expeditie en is in de praktijk vaak lastig te onderscheiden. 

De hoedanigheid van een platform wordt in eerste instantie bepaald door naar de daadwerkelijke diensten en activiteiten van het platform te kijken. Verder zal het platform vaak zelf ook een poging doen haar hoedanigheid in haar algemene voorwaarden te beschrijven, en vaak tevens om haar aansprakelijkheid zoveel mogelijk te beperken.

Check: gebruik platform toegestaan? 

De gebruikers van digitale logistieke platforms – zowel de opdrachtgevers (afzenders) als de logistiek dienstverleners – doen er goed aan om zich ervan te vergewissen of gebruik van een digitaal logistiek platform is toegestaan door hun verzekeraar en door hun eigen opdrachtgever. Het komt regelmatig voor dat de verzekeringspolis een dekkingsuitsluiting of -beperking inhoudt in het geval gebruik wordt gemaakt van een logistiek platform. Ook in de contracten met de ladingbelanghebbende of de papieren vervoerder, wordt uitbesteding van het vervoer via een platform soms verboden, of worden de mogelijkheden ingeperkt.  Dit alles is natuurlijk bedoeld om te voorkomen dat al te gemakzuchtig met een onbekende en niet-gecontroleerde vervoerder in zee wordt (of: de weg op) wordt gegaan. 

Strikt genomen verhinderen deze clausules echter vaak ook het gebruik van een platform van enkele horizontaal samenwerkende – en vooraf bekende en gescreende – vervoerders. Als men daar wél gebruik van wil kunnen maken, dient hiervoor een uitzondering te worden gemaakt in het contract en/of de polis. 

Platformverzekeringen

Anders dan bij reguliere vrachtuitwisselingsplatforms geldt bij platforms van (horizontale) samenwerkende vervoerders dat er uitsluitend transportopdrachten worden uitbesteed aan de deelnemende logistieke dienstverleners. De ladingeigenaar die transporten via dit platform uitbesteedt, heeft belang bij een logistieke aansprakelijkheidsverzekering die zijn schade tijdens het vervoer – zoveel mogelijk volledig – vergoedt. De ladingeigenaar wil daarbij niet afhankelijk zijn van de verzekeringsdekking van de logistieke dienstverlener die het vervoer feitelijk verricht (bijv. een beperkte schade-uitkering bij diefstal vanwege een G23-clausule). Om die reden bieden verzekeraars platformpolissen aan waarbij de ladingeigenaar op voorhand weet dat eventuele schade tijdens het vervoer, maar ook tijdens opslag, van goederen, welke hij via het platform heeft uitbesteed, prima is verzekerd door de deelnemers aan het platform. Voordeel voor de platformverzekeraar is dat deze actief kan sturen op schade-afhandelingsprocessen en schadepreventie van het platform. 


                             
       





      h1, h2, h3, h4, h5 { font-weight: bold !important; } h1, h2, h3 { font-size: 18px !important; } h4, h5 { font-size: 16px !important; } Print Friendly and PDF
      Digitale logistieke platforms en platformverzekeringen
      mr. Annemieke Spijker, partner AKD Advocaten 1 augustus 2022


      Deel deze post
      ArchiEF

      Energietransitie, hoe verwerk je dat in contracten
      Met een model voor standaard calculatie van CO2